Toespraak Gerard Mols
Op 4 september 2018 ontvingen 350 advocaat-stagiaires van cohort 6 hun certificaat. Gerard Mols, voorzitter van de examencommissie, sprak hen toe.
Dames en heren,
Vandaag is een memorabele dag. U ontvangt vandaag het certificaat waaruit blijkt dat u met succes de Beroepsopleiding Advocaten heeft afgerond. Dat is een prestatie waar u trots op mag zijn. Naast uw ongetwijfeld drukke praktijk waar u ook nog heeft moeten wennen aan de mores van de advocatuur en de rechterlijke macht, en ongetwijfeld van vele anderen die uw pad hebben gekruist, heeft u veel tijd moeten besteden aan onderwijs en aan het voorbereiden van de vele toetsen. Dat alles bij elkaar betekent dat u in elk geval beschikt over een groot doorzettingsvermogen, over voldoende verstandelijke vermogens en over de nodige vaardigheden die onmisbaar zijn om u staande te houden in een regelmatig turbulente omgeving.
De vraag die op een dag als vandaag gesteld mag worden is waartoe de Beroepsopleiding eigenlijk opleidt? Is het tot het behalen van het certificaat, het entreekaartje voor de advocatuur, en is het dat, of is er meer?
Creativiteit
Ik meen dat het laatste aan de orde is. Het gaat om meer dan het certificaat, om meer dan het rijbewijs voor de advocatuur. Dat meerdere bestaat eruit dat u geacht wordt vanuit de specifieke belangenbehartiging voor uw cliënten, ook een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het recht. Als er iets dynamisch behoort te zijn in onze globaliserende samenleving, dat is het het recht. Zodra dat stolt in onwrikbare formules waar niemand meer aan wenst te sleutelen, dan maken we niet alleen onszelf overbodig maar nemen we ook onze verantwoordelijkheid niet naar onze klanten en de samenleving in zijn geheel. Recht doen betekent rekening houden met alle feiten en omstandigheden en zoeken naar een op maat gesneden oplossing die door elk weldenkend mens als rechtvaardig kan worden beschouwd. Die oplossing vinden we niet steeds in de literatuur of rechtspraak, wel in onze eigen creativiteit, vertrekkend vanuit basiskennis en vanuit een gevoel voor recht en rechtvaardigheid. Het betekent overigens ook dat advocaten soms zaken aan zich voorbij moeten laten gaan of de klant negatief moeten adviseren zodra er sprake is van een zaak die men, zoals dat sedert lang wordt genoemd, in gemoede niet rechtvaardig acht.
Reflectie
Er is een tweede aspect waar ik nu even de aandacht voor wil vragen, en dat hangt samen met de creativiteit die ik zojuist benoemde. En dat betreft reflectie. Reflectie betekent kort gezegd niets anders dan nadenken over hetgeen op je pad komt in relatie tot het recht. En afgelopen zomer was er wat mij betreft een groot aantal incidenten die voeding gaven aan reflectie. In Praag zitten twee broers vast wegens poging doodslag of zelfs moord volgens de officiële aanklacht, op een ober. Een groep Nederlanders sloeg en schopte daar op een terras, in april, een ober in elkaar. In België zit een Nederlander vast voor het doodschieten van een agent van politie, een dag of tien geleden. Zeer recent was er sprake van een doorbraak in de zaak Nicky Verstappen en werd in Spanje een verdachte aangehouden. Drie gebeurtenissen. Twee ervan gaven een gevoel van plaatsvervangende schaamte. De doorbraak in de zaak Verstappen moet ogenschijnlijk tot opluchting leiden. De zaken lijken van elkaar te verschillen maar toch hebben ze iets, in termen van reflectie, gemeenschappelijks.
Hebben we nog een advocaat nodig?
De reflectie bestaat uit de vraag: hebben we nog een rechter nodig, en zo ja waartoe dient deze dan? En een laagje dieper: hebben we nog een advocaat nodig?
Wie de social media volgt naar aanleiding van deze gebeurtenissen komt al snel tot de conclusie dat de meerderheid van ons volk de rechter niet meer nodig heeft, en dat advocaten in dit soort zaken worden beschouwd als verlengstuk van het kwaad. De verdachten kunnen zonder meer zonder enige vorm van proces in een volksgericht berecht worden en dan wel doorgaans tot de ultieme sanctie, namelijk de doodstraf. Ik bespaar u de details van de voltrekking. Gelukkig zijn we nog niet zo ver dat via de social media wordt bepaald wat er in dit land of elders gebeurt. Maar erg geruststellend is dit niet, zeker ook niet tegen de achtergrond van de verdere afkalving van onze rechtsstaat. Ik noem twee voorbeelden die daartoe bijdragen. Het eerste is de bezuiniging op de rechtshulp. Deze is inmiddels zo ver doorgeschoten dat advocatenkantoren zich hebben bezonnen op de vraag of het nog langer gewenst is om bepaald soort zaken te doen. We zien kantoren afscheid nemen van bijvoorbeeld de strafpraktijk omdat de gefinancierde rechtshulp daar te kort schiet. En het meest zorgelijke daarbij is nog dat deze korting kennelijk is gebaseerd op ingrijpen van de toenmalige staatssecretaris van justitie Teeven met de kennelijke bedoeling te voorkomen dat verdachten nog fatsoenlijke bijstand zouden krijgen. Wanneer je bezuinigt op de rechtsbijstand gaan advocaten zich minder inzetten, dan duren processen minder lang en kom je sneller tot een, kennelijk gewenst, veroordelende uitspraak.
Bedreiging rechtsstaat
Zorgelijk in dit verband is bovendien dat de Tweede Kamer niet bereid of in staat is gebleken om hier een einde aan te maken alleen al omdat hierdoor de rechtsstaat ernstig wordt bedreigd.
In civilibus zien we een ontwikkeling waarbij de toegang tot de rechter zo duur wordt gemaakt dat burgers zich niet meer tot de rechter wenden. Dat merken deurwaarderskantoren die, zoals bleek uit een recente publicatie, in de problemen zijn gekomen omdat ze minder werk hebben. Je recht halen is te duur. En dat alles in een tijd waarin gevreesd moet worden dat ook de kwaliteit van de rechtspraak onder druk staat nu de rechtspraak technisch failliet is vanwege een automatiseringsproject van 200 miljoen euro, zonder succes. Dat geld moet de rechtspraak volgens de minister voor rechtsbescherming zelf ophoesten. En dan zal er minder beschikbaar zijn voor kwaliteitszorg.
De druk op de rechtsbescherming is zelden zo groot geweest, ondanks of misschien wel dankzij de aanwezigheid sinds kort van een aparte minister voor rechtsbescherming. Die is tamelijk onzichtbaar in een tijd waar hij juist bij voortduring op de barricades zou moeten staan.
Belang van de advocatuur neemt toe
Dames en heren. Wat betekent dit voor u? Reflecterend op maatschappelijke ontwikkelingen betekent dit niets anders dan dat het belang van de advocatuur toe neemt. De bescherming van de rechten van de burgers maar meer in het algemeen het koesteren van de waarden van onze liberale rechtsstaat moet in toenemende mate van de advocatuur komen. U staat in de frontlinie van de rechtsvorming, u waakt over de kwaliteit van de rechtspraak en u wordt geacht daar ook een wezenlijke bijdrage aan te leveren. En dat is meer dan ooit nodig. Er zijn voldoende prikkels om er met passie voor te gaan. Creativiteit en reflectie zijn daarbij de sleutelbegrippen.
En als u dat doet, dan heeft de Beroepsopleiding niet opgeleid tot iets, maar tot iemand. Iemand die een wezenlijke bijdrage levert aan onze samenleving, aan het welbevinden van burgers door effectief en zichtbaar bij te dragen aan recht en rechtvaardigheid.
Ik wens u alle goeds in uw professie!