Dubbelinterview: een (ex-)docent en een (ex-)stagiair delen hun ervaringen

Kim Spruitenburg en Daniël Stein kennen de BA vanuit verschillende rollen: als docent en stagiaire en omgekeerd. Spruitenburg was namelijk hoofddocent Ondernemingsrecht en volgt nu zelf de Beroepsopleiding. Stein rondde in 2017 de BA af en is nu docent bij de BA waar hij het onderdeel Schade en causaal verband in de major Burgerlijk recht doceert. In dit dubbelinterview vertellen ze over hun ervaringen met de BA en hun loopbaankeuzes. Ook delen ze waardevolle tips.

Praktijk versus opleiding

Daniël Stein kijkt terug op de Beroepsopleiding als een drukke, maar leuke periode. ‘De opleiding komt bovenop je werk en dat maakt het pittig’, vindt hij. ‘Sommige studiestof kende ik al, maar de overgang van de studiebanken naar de praktijk maakte wel dat ik de studiestof op een andere manier bekeek.’ Ook Kim Spruitenburg ziet een verschil met het onderwijs op de universiteit. ‘Daar kun je discussiëren over een bepaalde theoretische casus, maar nu, in mijn advocatenpraktijk, gaat het erom welke stappen ik moet nemen in een dossier en dat ik daarbij het hele speelveld overzie.’

Juist omdat de Beroepsopleiding een praktijkopleiding is, put Stein graag uit voorbeelden uit zijn advocatenpraktijk die aansluiten bij de belevingswereld van de stagiaires. ‘De aansluiting bij de praktijk is inderdaad erg belangrijk’, vertelt ook Spruitenburg. ‘Bij de ontwikkeling van het onderwijs voor het vak Ondernemingsrecht waren daarom ook verschillende praktijkjuristen betrokken en mijn ervaring die ik had opgedaan bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam was daarvoor ook zeer handig.’

Van stagiaires kreeg Spruitenburg destijds weleens te horen dat de hoeveelheid stof wat veel was. ‘Wij hanteerden altijd het uitgangspunt dat een dagdeel maximaal 50 pagina’s literatuur mocht bevatten. Ik vond dat wel meevallen, maar nu ik zelf de Beroepsopleiding volg, begrijp ik beter hoe intensief de opleiding is. Je moet de vakken voorbereiden, opleidingsdagen volgen en daarnaast heb je nog je baan als advocaat.’

Verscheidenheid

Van de Beroepsopleiding is het vaardighedenonderwijs Stein het beste bijgebleven. ‘Ik zat in een diverse groep met advocaten van grote en kleine kantoren en ik merkte dat de advocaten van de kleine kantoren tegen hele andere dilemma’s aanliepen. Op een groot kantoor kan het een probleem zijn dat je in een groot dossier werkt en er snel iets moet gebeuren of een belangrijke beslissing moet worden genomen, maar dat je degene die verantwoordelijk is voor jouw dossier niet kunt bereiken. Wat doe je dan, als eerstejaars advocaat? Op een klein kantoor krijg je met heel andere problematiek te maken.’ Volgens Stein is het leerzaam om die verschillen te zien.

Ook Spruitenburg waardeert de verscheidenheid in haar groep. ‘Doordat iedereen andere ervaringen heeft, leer je van elkaar verschillende invalshoeken om een casus aan te pakken.’

Monnikenwerk

Spruitenburg en Stein hebben nog een overeenkomst: een promotieonderzoek. Spruitenburg is inmiddels gepromoveerd; in 2018 rondde zij haar onderzoek af naar de enquêtegerechtigden bij de NV en de BV. Spruitenburg onderzocht welke partijen bevoegd (zouden moeten) zijn om bij de Ondernemingskamer een enquêteverzoek in te dienen. Stein is in 2018 aan zijn promotieonderzoek begonnen. Zijn onderzoek richt zich op het leerstuk van de hoofdelijke aansprakelijkheid en de invloed van het Europese Unierecht daarop.

Voor Spruitenburg was het een bewuste keuze om eerst te promoveren. ‘Ik vond het schrijven van een scriptie zo leuk en interessant, dat ik door wilde gaan met wetenschappelijk onderzoek. Het biedt de mogelijkheid om een eigen visie op een bepaald leerstuk uit te werken. De vrijheid die ik daarbij heb ervaren vond ik heerlijk, net als het creatieve proces dat erbij kwam kijken.’ Tijdens het promotieonderzoek is ze zichzelf weleens tegengekomen. ‘Het is monnikenwerk waarvoor je zitvlees moet kweken. Ik heb veel mensen ontmoet door het geven van colleges aan studenten en cursussen aan advocaten, maar promoveren blijft een eenzame bezigheid.’

Dat laatste onderschrijft Stein. ‘Het contrast met de advocatuur is groot’, vertelt hij. Dat geldt voor de hectiek op het werk, maar ook voor het salaris. ‘Als promovendus doe je daarin een forse stap terug. Dat is ook een van de redenen waarom juristen als ze eenmaal in de advocatuur aan het werk zijn, toch niet gaan promoveren.’ Stein was het altijd al van plan, maar wilde eerst praktijkervaring opdoen en dan bekijken of hij alsnog wilde promoveren. Daarvan plukt hij nu de vruchten. ‘Ik werkte in een internationale praktijk. Door de zaken die ik behandelde, ben ik op het idee gekomen om bij mijn promotieonderzoek ook de invloed van het Europese recht te betrekken.’

De overstap van Stein van de advocatuur naar de wetenschap was dus een logische en dat geldt andersom ook voor Spruitenburg. ‘In het laatste jaar van mijn promotieonderzoek dacht ik na over wat ik daarna wilde gaan doen’, vertelt Spruitenburg. ‘Ik wilde graag de praktijk in. Ik was toe aan meer dynamiek en vooral ook meer samenwerken. In de advocatuur bepaal je samen met de cliënt de strategie en ook de gang naar de rechter vraagt weer heel andere vaardigheden van mij.’ Het bevalt haar goed, maar ze heeft de wetenschap nog niet helemaal losgelaten. ‘Binnenkort ga ik weer een wetenschappelijk artikeltje schrijven’, vertelt ze lachend.

Tips voor stagiaires

‘Maak een goede planning voor alle activiteiten voor de BA’, is het antwoord van Spruitenburg op de vraag of ze nog tips heeft voor de stagiaires. ‘En houd je daar ook aan’, benadrukt ze. ‘Elke stagiaire krijgt een rooster aan de hand waarvan je een planning kunt maken. Deel je planning ook met kantoor. Dan weten zij wanneer je in een drukke periode voor de BA zit.’

Stein geeft als tip mee dat je het meest uit de BA kunt halen door het studiemateriaal te relateren aan je eigen praktijk. ‘Bedenk van tevoren in welke zaken bepaalde onderwerpen spelen of welke vaardigheden van pas kunnen komen. De kans is dan groter dat je er in een specifieke zaak ook echt aan terugdenkt en de kennis of vaardigheden toe kunt passen.’

Spruitenburg past deze tip al toe in de praktijk. ‘Bij bepaalde onderwerpen die aan de orde komen tijdens het onderwijs noteer ik de naam van een dossier. Als ik dan weer op kantoor ben, pak ik snel het dossier erbij.’

Tips voor docenten

Ook voor de docenten hebben ze nog tips. Gebruik voorbeelden uit de praktijk om de stof levendig te maken; deel praktijkervaring. Overspoel de stagiaires niet met informatie en probeer vooral om niet te zenden, maar betrek de groep juist bij de stof. Stein: ‘Een vraag uit de groep kun je ook bij de groep terugleggen. Vaak weet een andere stagiaire uit de groep het antwoord en wil dat graag delen. Dat zorgt voor dynamiek met de groep op de opleidingsdag.’

Stein ziet Spruitenburg graag terugkomen als docent als ze daar weer tijd voor heeft: ‘Jouw ervaring als wetenschapper, docent én advocaat is zeer waardevol voor de BA.’ Spruitenburg gaat nu eerst – volgens planning – verder met de voorbereiding van een casus voor de BA.

Kim Spruitenburg is sinds april 2018 advocaat-stagiaire bij Lemstra van der Korst en volgt de Beroepsopleiding Advocaten. Daarvoor werkte zij als onderzoeker en docent bij de Radboud Universiteit Nijmegen. Spruitenburg is gepromoveerd op het onderwerp ‘De enquêtegerechtigden bij de NV en de BV’. Tijdens haar promotieonderzoek werkte Spruitenburg ook als secretaris bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam en was zij hoofddocent van het vak Ondernemingsrecht van de Beroepsopleiding.

Daniël Stein is sinds april 2018 onderzoeker en docent aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij werkt aan een promotieonderzoek over hoofdelijke aansprakelijkheid. Voor de Beroepsopleiding Advocaten doceert hij het onderdeel Schade en causaal verband in de major Burgerlijk recht. Stein werkte als advocaat-stagiaire bij Stibbe en volgde van 2014-2017 de beroepsopleiding.

 

Terug naar overzicht

Aanbevolen artikelen